Ondersteun dit werk van de FSFE en hun werk voor soortgelijke projecten: word lid van de Fellowship of FSFE, maak een donatie aan de FSFE, en stimuleer anderen om dat ook te doen.
Op 25 mei 2007, heeft het Europese Parlement gestemd over de "eerste lezing". FFII heeft de lijst met amendementen gepubliceerd, waarop is aangegeven welke werden aanvaard, en welke niet.
U kan meer lezen over de positie van de FSFE voor de eerste stemming in onze open brief voor Europese Parlementsleden van april 2007.
"Artikel 3
Overtredingen
Lidstaten zullen verzekeren dat alle opzettelijke inbreuken, op commerciële schaal, van een
intellectueel eigendomsrecht en ook alle pogingen, hulp, ondersteuning en/of aanzetten tot
zulke inbreuken, strafrechtelijk zullen vervolgd worden."
(Artikel 3. Pagina 9 van de voorgestelde richtlijn)
Voor de EU definitie van "intellectueel eigendomsrecht" heeft men patenten, auteursrecht, handelsmerk, ontwerpbescherming en nog veel andere rechtsdomeinen op één hoop gegooid. De termen "opzettelijk" en "commerciële schaal" worden nergens gedefinieerd, en er worden ook geen voorbeelden gegeven van wat wel en niet binnen deze definitie kan passen.
Deze richtlijn wordt vaak "IPRED2" genoemd, alhoewel wij het afraden om de term "intellectuele eigendom" te gebruiken, aangezien dit vaak leidt tot verwarring, wat ons werk nog moeilijker maakt. We kunnen het beter "De criminaliseringsrichtlijn" noemen.
Wij verwachten dat het Europees Parlement de voorgestelde richtlijn zal amenderen, zodat patenten buiten de werkzaamheid van de richtlijn zullen vallen. Dit is belangrijk, aangezien het Europees octrooiverdrag softwarepatenten heeft uitgesloten, maar het Europees Octrooibureau desondanks reeds duizenden patenten op software-ideeën heeft toegekend. Alhoewel >90% van de processen die gebaseerd zijn op deze patenten zullen verloren worden, geven ze de patenthouders wel een juridisch erkende basis om softwareproducenten en softwareverkopers te bedreigen met processen.
Als patentinbreuken niet verwijderd worden uit deze richtlijn, zal de angst voor gevangenisstraffen, hoge boetes, inbeslagname van goederen of zelfs een verplichte sluiting van de firma, vaak zo groot worden, dat mensen zich zullen schikken naar deze ongeldige patenten. (U kan hierover meer informatie vinden op onze webpagina over FSFE's werk tegen softwarepatenten.)
Het verhoogde risico van softwareproductie en softwareverdeling zal bepaalde softwaremodellen onrechtstreeks benadelen. De sterk verhoogde juridische risico's zijn nu eenmaal makkelijker te dragen door grote instellingen met veel geld en juridisch personeel. Vrije Software, vaak afkomstig van particulieren, kleine- en middelgrote bedrijven of van bedrijven voor wie software-ontwikkeling geen kernactiviteit is, zal alvast een slachtoffer worden van deze indirecte discriminatie.
Doordat de eisende partijen vereenvoudigde toegang krijgen tot de nationale onderzoekers en ook de eventuele gevolgen van vervolging veel zwaarder worden, zullen mensen aangemoedigd worden om processen te starten uit commerciële overwegingen.
SCO in de VS is een zeer bekend voorbeeld, zonder ooit al iets bewezen te hebben, beschuldigen ze IBM en verschillende andere bedrijven van het op commerciële schaal opzettelijk schenden van hun "IP". Met hun actie vertragen ze de ontwikkeling van Vrije Software, zoals GNU/Linux, en beschadigen ze de reputatie van een handvol bedrijven (allemaal concurrenten van Microsoft, één van SCO's grootste geldschieters).
Aangezien men zich niet kan indekken tegen strafrechtelijke overtredingen, is een verzekering tegen vervolging bij patentinbreuken niet mogelijk, ook softwareproducenten kunnen niet langer garanderen dat de verkopers van hun software niet vervolgd zullen worden.
De Europese auteursrecht-richtlijn (com(2001)29ec) heeft het toepassingsgebied van deze wetgeving enorm vergroot. Buiten het verbieden van niet-geautoriseerd kopiëren van informatie, beperkt de wetgeving nu ook de technologie die men mag gebruiken om beschermde informatie te raadplegen. Je bent bijvoorbeeld al in overtreding als je voor jezelf software ontwikkelt om naar je gekochte DVD's te kijken. Software om bestanden met anderen te delen over een netwerk kan een overtreding zijn, dit is de grijze zone. De dreiging met een gevangenisstraf en andere strenge maatregelen, die de nieuwe richtlijn oplegt, zullen mensen bang maken om nog langer nuttige software te ontwikkelen of te verdelen, zoals de hierboven beschreven verboden-maar-getolereerde software of software die in de grijze zone zit.
Het IPRED2 voorstel, oorspronkelijk twee aparte publicaties, werd in mei 2006 opnieuw gepubliceerd als één directieve:com(2006)168).
De reden voor het opnieuw uitbrengen van richtlijnen is een uitspraak van het Europees Hof van Justitie, die bepaalt dat EU richtlijnen de lidstaten kunnen verplichten om bepaalde zaken strafrechtelijk te vervolgen.
De informatie in deze paragraaf werd geschreven voor de eerste gepubliceerde versie van
IPRED2, maar is hoogstwaarschijnlijk niet veranderd in de nieuwe versie.
Verantwoordelijk commissie EP: Juridische zaken(JURI)
Rapporteur EP: Nicola Zingaretti (PSE, Italië).
Advies: Industrie, onderzoek en energie (ITRE), Interne markt en
consumentenbescherming (IMCO), Burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken
(LIBE).
Wij hebben de grootste problemen met artikelen 3 en 4 (pagina 9 en 10 van het document). Artikel 3 hebben we hierboven al besproken. Artikel 4 geeft een opsomming van de strenge straffen die beschikbaar gesteld moeten worden voor de feiten beschreven in artikel 3. Deze lijst bevat onder andere gevangenisstraffen, boetes, bedrijfssluiting, inbeslagnames en verlies van burgerrechten.
De zin "alle opzettelijke inbreuken [...] op commerciële schaal", laat veel mensen geloven dat de richtlijn uitsluitend bedoeld is voor bewuste inbreuken met de intentie om economisch profijt te halen.
Neem de advocaat van een patenthouder die een software-ontwikkelaar wil verplichten om
de distributie van zijn software te stoppen.
advocaat: "Hallo, u maakt een inbreuk op ons patent, stop met het verdelen van uw
software."
software-ontwikkelaar: "Dat moet een vergissing zijn. Ik heb nog nooit een patent
gelezen en software functionaliteit is trouwens niet patenteerbaar in de EU."
advocaat: "Het Europees Octrooikantoor heeft ons een patent toegekend en jij
maakt er een inbreuk op."
software-ontwikkelaar: "Het is zeer onwaarschijnlijk dat u dit hard kan maken voor
een rechtbank. "
advocaat: "Aangezien je de software bewust geschreven hebt, en deze software
invloed heeft op de softwaremarkt, is jouw inbreuk opzettelijk en heeft ze commerciële
gevolgen - dat maakt van jou een misdadiger. Je zal dus moeten stoppen met het
verdelen van de software of je loopt het risico een strafblad te krijgen, je zaak kan gesloten
worden, je kan een hoge boete krijgen of eventueel zelfs enige tijd in de cel doorbrengen.
"
software-ontwikkelaar: "...maar, alhoewel ik de software bewust geschreven heb was
ik er me op geen enkel moment bewust van dat ik een inbreuk pleegde. Ik wist zelfs niet dat
dit wellicht ongeldige patent bestond."
advocaat: "Aangezien ik je nu beschuldig van de inbreuk, ben je nu wel op de hoogte.
Dus vanaf nu is elke inbreuk zeker bewust. Dus stop je nu met het verdelen van de
software?"
Een eenvoudiger voorbeeld is die man op straat die muziek maakt voor wat kleingeld dat de mensen hem toewerpen. De voorgestelde tekst maakt van die muzikant een misdadiger als hij muziek met auteursrecht speelt zonder eerst een licentie te verkrijgen. Ook de persoon die hem vervoerd is een crimineel, hij hielp bij het plegen van de inbreuk. Ook de mensen die geld gooien, of zelfs zij die gewoon blijven luisteren, zijn misschien criminelen, aangezien zij de inbreuk sponsoren/uitlokken. En iedereen die deze inbreuk had kunnen voorkomen, maar het niet gedaan heeft, is een misdadiger omdat hij de inbreuk steunde. Dit soort voorbeelden is zeer nuttig om aan mensen uit te leggen hoe lachwekkend de tekst is, maar het legt spijtig genoeg niet uit welke schade deze tekst kan aanrichten bij Vrije Software. Dit voorbeeld kan slechts een opstapje zijn om een veel belangrijker probleem aan te kaarten.
De richtlijn geeft speciale privileges aan de rechtenhouders waarmee ze het onderzoek kunnen beïnvloeden:
"Artikel 7
Gezamenlijke onderzoeken
De lidstaten moeten de nodige voorzieningen treffen zodat rechtenhouders, of hun
afgevaardigden, en specialisten in gezamenlijke onderzoeksteams de overtredingen
waarnaar artikel 3 verwijst kunnen opsporen."
We maken ons ook zorgen over Artikel 8 (pagina11) dat stelt dat lidstaten inbreuken op "intellectuele eigendomsrechten" moeten onderzoeken en vervolgen, ook als de rechtenhouder daar niet om vraagt.
Hopelijk is deze webpagina nuttig om andere te informeren. Als u denkt interessante informatie te hebben die op deze pagina thuishoort, contacteer ons.
Verschillende lidstaten hebben al strafrechtelijke sancties voor inbreuken op het auteursrecht en het handelsmerk. sommigen zelfs al voor inbreuken op patenten. Als politici ons vragen "Welke schade hebben bestaande strafrechtelijke sancties in die landen aangericht?" dan moeten wij een lijst hebben van goede voorbeelden. Deze lijst moet dringend bijeengezocht worden, ook daarvoor hebben wij uw hulp nodig.